Jagen met de Ierse Rood-Witte Setter, een ondergewaardeerde kunst
Hoewel de Ierse Rood-Witte Setter (IRWS) in het jachtveld nog vaak een onbekende of ondergewaardeerde verschijning is, verdient dit ras een plaats in de schijnwerpers. Wat voor sommigen een te energieke of ‘te grote loper’ lijkt, is voor anderen een toonbeeld van elegantie, samenwerking en doeltreffendheid in het veld. De IRWS combineert een natuurlijke jachtaanleg met een uitzonderlijk werkethos en een scherp ontwikkeld reukvermogen, en laat zich niet gemakkelijk in een hokje plaatsen.
Een veelzijdige jachthond met diepgang
De IRWS is geen hond die binnen een straal van 10 meter voor de jager blijft werken. Zijn manier van jagen is dynamisch, doordacht en afgestemd op het lezen van de wind. Tegen de wind in revieren ze doorgaans op 20 à 30 meter, en bij rugwind kiezen ze er instinctief voor om vooruit te lopen en van daaruit tegen de wind in terug te werken. Deze strategie is geen ongehoorzaamheid, maar een doelgerichte aanpak die de effectiviteit van de zoektocht verhoogt. In een bietenveld, op graslanden of op akkers komt het ras dan ook het best tot zijn recht.
Hoewel de IRWS minder geschikt lijkt voor dicht bos of zwaar struikgewas zoals bramen, is hun neus overal even betrouwbaar. Sommige exemplaren deinzen niet terug voor ruig terrein, zeker wanneer ze het wild goed in de neus hebben. Daarnaast blijkt dit ras uitzonderlijk goed te kunnen samenwerken met andere honden. In het veld wordt geregeld waargenomen hoe IRWS’en communiceren met bijvoorbeeld een Spaniël. De setter markeert, de Spaniël duikt erin – een voorbeeld van instinctieve samenwerking en onderlinge afstemming die niet aangeleerd, maar aangeboren lijkt te zijn.
Een stukje geschiedenis: van Ierland naar het Europese vasteland
Historisch gezien werd de IRWS in Ierland ingezet voor de jacht op kwartel en houtsnip. Het ras staat bekend om zijn fijne neus, waarmee het zelfs het moeilijkst te detecteren wild zoals houtsnippen kan lokaliseren en vastzetten. Vandaag de dag wordt deze setter nog steeds gebruikt op de open vlaktes van Groot-Brittannië – de ‘moors’ – voor de jacht op grouse en andere wildsoorten. In deze uitgestrekte landschappen toont de IRWS zijn ware kracht: uithoudingsvermogen, snelheid en precisie.
Hoewel in België en Nederland dergelijke open vlaktes schaars zijn, bieden bietenvelden, weilanden en akkers voldoende ruimte om de kwaliteiten van dit ras tot uiting te laten komen.
Het voorstaan: een spel van instinct en beheersing
Het kernstuk van de IRWS in actie is het voorstaan – een subtiel en indrukwekkend samenspel tussen hond, wild en voorjager. De procedure verloopt in verschillende fasen:
1. Opsporen en wijzen
De hond gebruikt zijn reukzin om wild op te sporen. Zodra hij het wild ruikt, stopt hij abrupt en wijst hij met zijn hele lichaam in de richting van het wild.
2. Couleren (benaderen)
Vervolgens sluipt hij – gecontroleerd en uiterst beheerst – dichter naar het wild toe. Dit gebeurt traag en zorgvuldig, zodat het wild niet opschrikt. De hond moet zelf inschatten hoe dicht hij kan naderen zonder te verstoren.
3. Vastzetten
Eenmaal dicht genoeg, bevriest de hond volledig. Dit is een cruciaal moment: zowel de hond als het wild bevinden zich in gespannen afwachting. De IRWS gebruikt zijn neus om in te schatten of het wild zich verplaatst of blijft zitten.
4. Opjagen
Op commando jaagt de hond het wild op, en blijft daarna onmiddellijk staan – de zogeheten ‘steadiness’. Deze stap is essentieel voor de veiligheid en efficiëntie van het schot.
Om tot dit niveau van samenwerking te komen is intensieve training vereist. De IRWS is een intelligente, leergierige en energieke hond, die nood heeft aan duidelijke begeleiding en een vaste hand. Wanneer dit in balans is, ontstaat een unieke connectie tussen hond en voorjager.
Karaktereigenschappen en geschiktheid
De Ierse Rood-Witte Setter beschikt over een opvallend sterk uithoudingsvermogen en een hoge werkdrive. Het zijn uiterst actieve honden, die nood hebben aan zowel fysieke als mentale uitdaging. Hoewel ze bekendstaan als uitstekende familiehonden, zijn ze het meest op hun plaats bij een actief huishouden dat hen de nodige beweging, aandacht en training kan bieden.
Hun natuurlijke ‘will to please’ maakt hen tot fijne werkhonden, mits men begrijpt hoe ze functioneren. Onbegrip over hun manier van werken – zoals het verwijt dat ze "te ver vooruit" zouden werken – komt vaak voort uit een gebrek aan kennis van de specifieke jachtstijl van het ras.
Een unieke beleving binnen de jacht
Jagen met een IRWS is meer dan alleen het vinden en opjagen van wild. Het is een vorm van samenwerking waarin vertrouwen, instinct en training samenkomen. Veel voorjagers ervaren het moment waarop hun setter het wild aanwijst als minstens even waardevol als het daadwerkelijk strekken van een stuk wild.
Het jagen met een setter is geen werkmethode voor iedereen. Maar wie openstaat voor het samenspel en de natuurlijke intelligentie van dit ras, ontdekt een jachtbeleving die dieper gaat dan het schot alleen.