Overslaan naar inhoud


De Rood-witte Ierse Setter

Een staande hond met geschiedenis, instinct en toekomst in de jacht.

In het spectrum van continentale en Britse jachthonden neemt de Rood-witte Ierse Setter (Irish Red and White Setter) een bijzondere plaats in. Zijn kenmerkende kleurpatroon, sobere elegantie en eeuwenoude band met de jacht maken hem tot meer dan een mooie verschijning, hij is een werkhond pur sang, geboren om te zoeken, te voorstaan en samen te werken met de mens. Dit artikel biedt een diepgaand beeld van zijn ontstaan, eigenschappen, werkstijl en hedendaagse rol binnen het jachtveld.

Oorsprong: de oudste Ierse setter

De Rood-witte Ierse Setter is de oorspronkelijke setter van Ierland. De eerste schriftelijke bronnen die melding maken van 'landspaniels' of 'setting dogs' dateren van de 16e en 17e eeuw. Deze honden werden gefokt om wild op te sporen door geur, en vervolgens 'te zetten' zich laag en roerloos te houden in aanwezigheid van wild. Zo konden jagers met netten het wild vangen, een methode die eeuwenlang werd gebruikt vóór het algemene gebruik van vuurwapens.

Vanaf de 18e eeuw werden deze setters selectief gefokt voor hun jachtkwaliteiten. Verschillende kleurvarianten kwamen voor, maar het rood-witte type domineerde tot de volledig rode variëteit in de 19e eeuw aan populariteit won. De showwereld gaf de voorkeur aan de dieprode kleur, wat de rood-witte bijna fataal werd. Rond 1900 was het ras vrijwel verdwenen, totdat fokinspanningen na de Eerste Wereldoorlog — vooral door de Ierse fokster Maureen Cuddy — het ras nieuw leven inbliezen.

In 1981 werd de Rood-witte Ierse Setter internationaal erkend door de FCI als een apart ras, niet als kleurvariant van de rode setter. Daarmee kreeg de hond officieel zijn plaats terug als zelfstandige, waardevolle werkhond binnen het Ierse kynologisch erfgoed.

Uiterlijk en bouw

De Rood-witte Setter is krachtiger gebouwd dan zijn rode verwant. Hij is compact, gespierd en met een goede botstructuur, gebouwd voor uithouding en snelheid over ruw terrein. De vacht is zijdeachtig, middellang, met bevedering aan borst, benen en staart. De kleur is altijd wit met duidelijk afgebakende dieprode platen, wat het ras zijn kenmerkende uiterlijk geeft.

  • Schofthoogte: Reuen 62–66 cm, teven 57–61 cm
  • Gewicht: ± 25–30 kg
  • Beweging: Galopperende gang met krachtige stuwing en vloeiende elegantie

Karakter en temperament

De Rood-witte Setter staat bekend om zijn zachtaardige aard, hoge intelligentie en tomeloze energie. Hij is een echte werkhond met een groot verlangen naar samenwerking en mentale uitdaging. In huis is hij sociaal, aanhankelijk en loyaal aan zijn gezin, maar hij vraagt consequente opvoeding en voldoende beweging.

In het veld toont hij zich een sensitieve maar vastberaden werker. Hij is minder dominant dan sommige continentale rassen, maar voert zijn taak met opmerkelijke intensiteit en elegantie uit. Zijn natuurlijke aanleg voor zoeken, ruiken en voorstaan maakt hem bijzonder effectief op verschillende wildsoorten.

Werkwijze in het jachtveld

Zoeken (quartering)

De Rood-witte Setter werkt in een brede, open zigzagbeweging (quartering) door het veld, met de neus in de wind. Zijn stijl is galopperend, met lichte hoofdbewegingen om geur op te vangen.

Voorstaan (setting)

Bij het detecteren van wild bevriest hij in een lage, intense houding: gespannen spieren, gestrekte nek, gefixeerde blik. Dit is het klassieke ‘staan’ of ‘setten’, waarbij hij het wild niet opjaagt maar duidelijk aanwijst.

Opstoten (flushen) en apporteren

Hoewel traditioneel het wild werd ‘geflusht’ door de jager zelf of een spaniël, zijn veel moderne rood-witte setters ook geschikt voor gecontroleerd opstoten en som zelfs voor apporteren. Apporteren is echter niet hun primaire taak, zoals bij Retrievers.

 

Geschikt wild en biotoop

De Rood-witte Setter is gespecialiseerd in veldgevogelte zoals:

  • Patrijs
  • Fazant
  • Ruigpoothoen (in Noordelijke streken)
  • Houtsnip

Hij voelt zich het best in open terreinen met enige vegetatie:

  • Kleinschalig landbouwgebied
  • Heide en ruigte
  • Bergflanken (in Ierland en Schotland)
  • Duinen en kuststroken (zoals in Nederland en Vlaanderen)

 

Veldwedstrijden en praktijkjacht

In landen als Ierland, het VK, Frankrijk en Italië worden veldwedstrijden (field trials) georganiseerd waarin de natuurlijke aanleg van de staande hond beoordeeld wordt: zoekwijze, stijl, neusgebruik, samenwerking met de voorjager en voorsta-momenten. De Rood-witte Setter doet hier volwaardig mee, vaak in de zwaardere open-klasse. In België en Nederland wordt hij minder frequent ingezet, maar een aantal gepassioneerde jagers en handlers houden de werkcapaciteiten levend.

 

 

Voordelen in de praktijk

  • Zichtbaarheid: de witte vacht met rood maakt hem goed zichtbaar, zelfs in hoge begroeiing.
  • Samenwerking: hij werkt graag in contact met zijn voorjager en houdt oogcontact.
  • Mentale balans: hij combineert gevoeligheid met wilskracht, ideaal voor wie op finesse jaagt.

 

Huidige situatie en toekomstperspectief

Het ras blijft zeldzaam: er worden wereldwijd slechts een beperkt aantal nesten per jaar gefokt. Gelukkig groeit het bewustzijn bij jagers en kynologen over het belang van functionele werkhonden met genetische diversiteit en behoud van veldkwaliteiten. Verenigingen zoals de Irish Red and White Setter Club zetten zich actief in voor de promotie van het ras als werkhond, en fokken selectief op gezondheid, jachtinstinct en karakter.

Voor wie de traditie van de klassieke jacht met staande hond wil verderzetten, biedt de Rood-witte Setter een authentiek alternatief: een hond met stijl, instinct, geschiedenis én inzetbaarheid in het hedendaagse veld.

De Rood-witte Ierse Setter is een jachthond die het verleden eer aandoet en klaar is voor de toekomst. Met zijn opvallende verschijning, verfijnde werkwijze en natuurlijke samenwerking met de jager, is hij de ideale partner voor wie jacht ziet als een samenspel tussen mens, hond en landschap. Meer dan een werkhond: een levend stuk Iers erfgoed.

Bronnen en referenties

  • Irish Red and White Setter Club of Ireland
  • FCI rasstandaard nr. 330
  • “Setting Dogs of the British Isles” – C. J. Hooper
  • Jachtpraktijk en veldervaringen van Europese voorjagers